THEMAWEEK DE OVEREENKOMST | Dag 7: Flexibele arbeidsrelaties

Tijdens deze themaweek behandelen we alle soorten overeenkomsten op basis waarvan gewerkt wordt. We bespreken de verschillen en de kenmerken van:

  • De arbeidsovereenkomst;

  • De overeenkomst van opdracht;

  • De overeenkomst van aanneming van werk en contracting;

  • Zzp’ers;

  • Thuiswerkers;

  • Platformwerkers;

  • Flexibele arbeidsrelaties (bepaalde tijd, oproepcontracten, uitzendwerk en payrollwerk);

Dit artikel gaat over flexibele arbeidsrelaties, zoals bepaalde tijd, oproepcontracten, uitzendwerk en payrollwerk

Flexibele arbeidsrelaties (bepaalde tijd, oproepcontracten, uitzendwerk en payrollwerk)

Naast de standaard arbeidsrelaties zijn er ook een scala aan flexibele arbeidsrelaties. Een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd is in principe een ‘normale’ arbeidsovereenkomst, maar in de wet zijn er wel een aantal bepalingen opgenomen die specifiek zien op deze overeenkomst. Zo is bijvoorbeeld een concurrentiebeding in een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd in beginsel niet toegestaan, tenzij uit een schriftelijke motivering van de werkgever blijkt dat het beding noodzakelijk is vanwege zwaarwegende bedrijfs- of dienstbelangen. Na afloop van de overeenkomst voor bepaalde tijd eindigt het dienstverband van rechtswege. De werkgever dient echter wel te voldoen aan de aanzegplicht.

Als een werkgever slechts op drukke momenten extra werknemers nodig heeft kan hij gebruik maken van oproepcontracten. Bij een oproepcontract komt de werknemer slechts werken op het moment dat hij wordt opgeroepen door de werkgever. De werknemer heeft dus over het algemeen geen vast maandloon. Er is sprake van een oproep als er is voldaan aan de volgende twee vereisten:

• De werknemer krijgt geen loon wanneer hij niet werkt;
• Het aantal uren werk is niet vastgelegd in een tijdvak van hoogstens een maand of een jaar, En het recht op loon is ongelijkmatig over dit tijdvak verspreid.

Voorts kan met werkzaam zijn op grond van een uitzendovereenkomst. Bij een uitzendovereenkomst zijn drie partijen betrokken: de werknemer, de werkgever ofwel het uitzendbureau werkzaam en een derde partij waar de werknemer zijn werkzaamheden verricht (de inlener). De uitzendovereenkomst is geregeld in art. 7:690 BW en volgende. Er is sprake van een uitzendovereenkomst als er is voldaan aan de volgende vereisten:

1. Er dient sprake te zijn van een arbeidsovereenkomst;
2. De werknemer dient ter beschikking te worden gesteld tegen een vergoeding;
3. De terbeschikkingstelling dient te geschieden in de uitoefening van beroep op bedrijf van de werkgever;
4. Er dient een opdracht van de inlener aan de werkgever te zijn;
5. Het verrichten van de werkzaamheden dient te geschieden onder leiding en toezicht van de inlener.

Naast een uitzendovereenkomst kan een werknemer ook werkzaam zijn op grond van een payrollovereenkomst. De payrollovereenkomst wordt omschreven als de uitzendovereenkomst, waarbij de overeenkomst van opdracht tussen de werkgever en de derde niet tot stand is gekomen in het kader van het samenbrengen van vraag en aanbod op de arbeidsmarkt en waarbij de werkgever alleen met toestemming van de derde bevoegd is de werknemer aan een ander ter beschikking te stellen. Bij een payrollovereenkomst is de werkgever in dienst bij het payrollbedrijf, maar werkzaam bij de inlener. Het payrollbedrijf neemt de salarisadministratie en het juridisch werkgeverschap over van de inlener, maar de inlener blijft verantwoordelijk voor al het overige. Het verschil tussen een payrollmedewerker en een uitzendkracht is gering. Het grootste verschil tussen payroll en uitzenden bevindt zich in de werving en selectie. Bij een payrollovereenkomst heeft de inlener de werving en selectie over het algemeen zelf gedaan en bij een uitzendovereenkomst heeft het uitzendbureau de werving en selectie voor zijn rekening genomen.

Wil je hier nou meer over weten? Bel Kaper Nooijen Advocaten. Wij weten hoe het zit.

Roos VerhoorenNieuws